Kennis vastgelegd op

EU, grondslag: Diensten Algemeen Economisch Belang (DAEB)

Diensten van algemeen economisch belang (DAEB)

Diensten van algemeen economisch belang (DAEB) bevinden zich op het grensvlak tussen publieke belangen op nationaal en decentraal niveau en de regels van de interne markt. Voorbeelden van DAEB’s zijn aan onrendabele openbaarvervoersdiensten, sociale verzekeringsdiensten en publieke omroepdiensten. Decentrale overheden mogen deze diensten beleggen bij een onderneming, als de markt de diensten onvoldoende oppakt of deze niet tegen maatschappelijk aanvaardbare voorwaarden verricht. De overheid mag de onderneming daarna compenseren voor het uitvoeren van de dienst. De Europese Commissie heeft de regels in de artikelen 14 en 106 VWEU over het compenseren van een DAEB verder uitgewerkt in verschillende documenten, zoals de Europese staatssteunregels voor DAEB en de Commissiegids DAEB.

Op deze pagina vindt u informatie over verschillende begrippen en voorwaarden, die van belang zijn bij de aanwijzing van een DAEB. Ook wordt op deze pagina kort beschreven welke mogelijkheden er zijn om de kosten die gepaard gaan met de uitvoering van een DAEB te compenseren zonder dat er sprake is van staatssteun. Deze mogelijkheden worden op andere pagina’s verder uitgewerkt.

Het begrip DAEB

Diensten van algemeen economisch belang zijn economische activiteiten die een publiek belang dienen. De ondernemers of overheden die een DAEB uitvoeren bieden hun dienst aan op ‘een markt’. Doorgaans is er sprake van onrendabele activiteiten en/of van activiteiten die de markt ontoereikend naar (sociaal-) maatschappelijk verantwoorde voorwaarden kan uitvoeren. Hierdoor moeten ondernemingen, die met een DAEB belast zijn, worden gecompenseerd voor de openbare diensten die zij uitvoeren.

Zonder ingrijpen van de overheid kunnen bepaalde groepen burgers geen gebruik maken van deze diensten. Denk bijvoorbeeld aan een busverbinding die noodzakelijk is voor grote groepen mensen (ouderen, schoolgaande jongeren, forensen), maar die op basis van afwegingen van economische efficiëntie niet (meer) zou worden uitgevoerd door vervoersondernemingen. Hiermee onderscheiden DAEB zich ook van gebruikelijke marktactiviteiten, die wel voldoende door de markt worden aangeboden en die economisch rendabel zijn. Lokale omroepen zijn ook een goed voorbeeld; inkomsten uit reclame zijn soms onvoldoende voor hen om levensvatbaar te opereren.

Algemeen belang

Decentrale overheden hebben een ruime beoordelingsbevoegdheid bij het definiëren van DAEB’s. Dit geldt zolang deze diensten zich door hun algemeen belang onderscheiden van gebruikelijke marktdiensten. Deze discretionaire bevoegdheid wordt echter wel begrensd door de beginselen van proportionaliteit en noodzakelijkheid en daarnaast door de toereikendheid van de markt zelf om de dienst uit te voeren zonder overheidsingrijpen. Ook wordt in artikel 1 van Protocol nr. 26 bij het Verdrag van Lissabon als eis aan een DAEB gesteld dat deze een hoog niveau van kwaliteit, veiligheid en toegankelijkheid, gelijke behandeling en betaalbaarheid waarborgen.