Wettelijke regels en de warmte- en energietransitie

Voor de warmte- en energievoorziening van Nederland zijn er wettelijke regels die gelden voor bedrijven, bewonersinitiatieven en burgers. De wijze waarop we onze woningen gaan verwarmen en koelen en de wijze waarop we elektriciteit gaan produceren, opslaan en gebruiken is al sterk veranderd en gaat nog sterk veranderen. Hier horen ook nieuwe wettelijke regels bij.

In een reeks artikelen gaan we op hoofdlijnen uitleggen welke regels we moeten volgen als we in Vreeswijk onze eigen warmte en koelte gaan produceren en gebruiken, waarbij we ook zoveel mogelijk zelfgeproduceerde stroom willen gaan gebruiken.

Vreeswijk

Vreeswijk is een dorp aan de Lek. De rivier gaat opnieuw een hele belangrijke rol in Vreeswijk spelen. Nu niet om zand te beugelen, of veel schepen te schutten. Maar het water uit de rivier of uit het kanaal gaat ons helpen om in Vreeswijk van het gas af te gaan, en om daarmee de energietransitie mogelijk te maken voor onze wijk.

De regels die dit mogelijk moeten maken zijn nog niet allemaal klaar. Zowel in Brussel als in Den Haag moet daarvoor nog flink wat werk worden verzet. Maar waar het naartoe gaat is langzaamaan wel duidelijk.

Wat regelen de regels

Er zijn al wettelijke regels (sommige zijn nog in de maak) waarin gemeenten gasvrije wijken kunnen aanwijzen. Er zijn regels voor het verduurzamen (en isoleren) van woningen. Er zijn regels voor het mogen gebruiken van de bodem (voor seizoensopslag) en er zijn regels voor het aanleggen van leidingen.

Brussel en Den Haag willen dat de (nieuwe) energievoorziening gegarandeerd is maar vooral ook betaalbaar. Daarvoor wil men het delen van energie veel gemakkelijker maken. Digitalisering gaat daarbij een grote rol spelen om de communicatie tussen de verschillende systemen mogelijk te maken om zo in te spelen op tekorten en overschotten in het systeem.

Tegelijkertijd sturen overheden ook op het zo weinig mogelijk verspillen van energie door woningen en gebouwen energiezuinig te maken en gebruik te maken van hernieuwbare energiebronnen. Om meer invloed te krijgen, krijgen consumenten meer inspraak. Al deze maatregelen moeten er toe leiden dat energiearmoede vermindert.

Onderdelen van een collectief wijk warmte- en koelte netwerk

Een collectief systeem voor warmte, koelte en energie bestaat uit diverse onderdelen.

Het rivier- of kanaalwater dat we willen gaan gebruiken om in de winter onze woningen te verwarmen en in de zomer te koelen, noemen we de bron. Om de warmte (en koelte) naar de woningen te leiden hebben we een netwerk nodig (dat er nu nog niet is). In de huisinstallatie wordt de warmte (of koelte) 'aangeboden' aan een warmtepomp die ons huis gaat verwarmen (of koelen) en waarmee ook tapwater (voor keuken en douchen) wordt gemaakt. In een schets ziet dat er als volgt uit:

Schets van thermische energie (warmte of koelte) uit oppervlaktewater (TEO)
Schets van hoe warmte uit een rivier of kanaal naar woningen wordt gebracht. In de bodem kan warmte en koelte worden opgeslagen om later weer gebruikt te worden.

We lichten de verschillende onderdelen kort toe en gaan in vervolgartikelen verder in op de regels die van toepassing zijn op elk van die drie onderdelen: bron, netwerk en huisinstallatie.

Bron

Het idee is om water (uit de Lek of Vaartsche Rijn) te gaan gebruiken als bron, om huizen te verwarmen dan wel te koelen. Dan is de bron: warmte uit water. Ook wel 'thermische energie uit oppervlaktewater' (TEO) oftewel aquathermie genoemd. De temperatuur van het water varieert tussen 5 en 24 graden door het jaar heen en is gemiddeld over het jaar rond de 14 graden.

Op andere plaatsen in Nederland kan als bron iets heel anders worden gebruikt. Denk aan restwarmte van een fabriek, een datacentrum, warmte die vrijkomt bij (grote) koelinstallaties of warmte die gemaakt wordt met zonnecollectoren.

De warmte die je in de zomer maakt, wil je opslaan om het in de winter weer te gebruiken. Vaak wordt warmte (en koelte) opgeslagen in waterlagen diep in de grond. Dit heet een warmte-koude-opslag (WKO). Ook een WKO is een bron.

Netwerk

Om de warmte en koelte naar iedere woning te brengen, zijn er leidingen nodig in de grond.

Bij een zeer-laag-temperatuur netwerk ligt de temperatuur van het water in de leiding dichtbij die van de temperatuur in de grond en is het niet nodig om de leidingen te isoleren. De leiding zelf is van kunststof en lijkt nog het meest op een dikke tuinslang.

Bij midden- en hoge temperatuur netwerken zijn andere leidingen nodig, vaak gemaakt van staal en van isolatie voorzien om warmteverlies tegen te gaan.

Warmtepomp

Een warmtepomp gebruikt de warmte (en koelte) uit het netwerk om een woning te verwarmen (of te koelen).

Het idee is dat in iedere woning een warmtepomp komt te staan die past bij de warmte- en koeltebehoefte van die woning. De bewoners van een woning kunnen zelf beslissen wanneer zij hun woning aansluiten op het netwerk. We verwachten dat het zo aantrekkelijk is om aan te sluiten op het netwerk dat over een periode van 10 jaar alle woningen zijn aangesloten op het wijk-warmte-koeltenetwerk van WarmVreeswijk.

We voorzien ook warmtepompen voor appartementen die warmte- en koelte leveren voor meerdere woningen tegelijkertijd. In de woning zelf komt dan een kleinere unit om de warmte en koelte de woning in te brengen en om warm tapwater te maken.

Deze ideeën zullen getoetst moeten worden op haalbaarheid en realiseerbaarheid. In het wijkuitvoeringsplan werken we toe naar een conceptontwerp.

Komende artikelen...

Op elk van de drie onderdelen zoals hierboven beschreven bron, netwerk en warmtepomp gaan we in de komende artikelen bespreken welke regels daarop van toepassing zijn.